Categorie archief: Algemeen

Cozy times ahead

Standaard

In de VS zijn ze helemaal gek op de herfst (fall, niet autumn). Pompoen, halloween, thanksgiving, de mooie kleuren van de bomen. Ik geloof dat ik een beetje ben aangestoken door het enthousiasme daar! Of misschien komt het doordat de herfst dit jaar zo zacht is, met veel zon. Ik geniet er in ieder geval volop van.

IMG_1367

Een vriendin van mijn nieuwe studie heeft een poëziealbum, dat ze nog steeds bijhoudt. Het heeft een tijdje  (een half jaar… sorry!) in de kast gelegen voor ik wist wat ik erin wou zetten, maar gisteravond kwam het er eindelijk van. Tijl had voor het eerst DND en zat met zijn groep in de huiskamer, ondertussen zat ik lekker te knutselen op de studeerkamer. Eerst leek het me niet handig om thuis te zijn terwijl er continu gepraat wordt in de huiskamer, maar eigenlijk was het juist heel fijn, want daardoor kon ik eens niet mijn gebruikelijke dingen doen (lezen, bijv.) en kwam ik uit bij knutselen. Ik besloot een soort mini-collage in het poëziealbum te maken, inclusief wat uitspraken die ik leuk/mooi vind. Het moet natuurlijk wel een beetje cliché blijven ;) nu ben ik helemaal geïnspireerd om meer te gaan knutselen, ik heb vandaag ook al een aantal leuke DIY’s uitgezocht. Mocht ik ze ook daadwerkelijk uitvoeren dan is er een kans dat ze hier nog voorbijkomen.

DSCF0118

Ik hou heel veel van dagen waar ik de deur niet uit hoef en lekker kan studeren. Dit was afgelopen zaterdag. Ik weet niet of jullie dat herkennen maar ik kan hier zo blij van worden: thee (uit mijn favo mok, van de vegan bakery in Bloomington), broodjes met brie uit de oven, pennen en markeerstiften erbij en studeren maar. Het allerliefst werk ik de hele dag aan hetzelfde vak, dan kom ik in zo’n fijne werkflow. En dat dan onderbreken met, bijvoorbeeld, zelf pepernoten bakken. Die je dan daarna bij de thee kan opeten.

IMG_1358

Tijl en ik hebben deze zomer allebei een postcrossing profiel aangemaakt. Nu sturen we dus kaarten naar mensen over de hele wereld, en vinden we in de brievenbus kaarten uit Turkije, de Filipijnen en Rusland. Het is altijd grappig om te proberen aan de kaart te zien voor wie hij is. Deze twee zijn trouwens niet voor ons maar van ons. Veel mensen vragen om kaarten met typische dingen van je land/stad/omgeving. We hebben niet echt van die ‘groetjes uit…’ kaarten, maar proberen toch altijd iets leuks te vinden in onze stapel.

IMG_1351

Nu ik terug ben uit de VS heb ik het wandelen weer opgepakt. Met Janneke en Suus spreek ik vaak ’s ochtends af om een wandeling door de bossen in de omgeving te maken. Dat is zo’n heerlijk begin van de dag! Zelfs als het een beetje regent is het nog lekker, mits je op tijd thuis bent om nog even droge kleren aan te kunnen trekken voor je naar college moet. Ik heb altijd het idee dat ik me na zo’n wandeling de rest van de dag supergoed kan concentreren. Het bos is prachtig op dit moment, en stiekem is het helemaal nog niet zo koud.

IMG_1362 DSCF0006

 

Hoewel ik Bloomington nog steeds mis ben ik ook blij om weer gewoon thuis te zijn, in ons eigen fijne huisje. Een van onze buren zei al tegen Tijl toen ik nog weg was: ‘gelukkig hebben jullie katten samen, dan weet je zeker dat ze nog terugkomt, ze mist ze zo’. Ik hoop echt dat het er ooit nog van komt om voor een wat langere tijd in Amerika te gaan studeren/werken. Liefst in Bloomington of Californië, maar stiekem zou ik volgens mij op veel plaatsen gelukkig kunnen zijn. En het is een stuk makkelijker voor katten dan voor mensen om het land in te mogen. Dat heb ik dus echt al uitgezocht, ja.

IMG_1328

Mijn eigen keuken heb ik ook wel gemist, nu ik weer terug ben sta ik heel veel in de keuken. Ik kreeg via postcrossing een kaart van een Franse chefkok met daarop haar favoriete recept voor koekjes. Ze waren inderdaad heerlijk (extra lekker omdat het recept in het Frans was en ik maar een woord hoefde op te zoeken). Ik heb haar mijn favoriete brownierecept teruggestuurd, ik ben benieuwd wat ze ervan vindt.  De pizza op de foto maakte ik met allerlei restjes die we nog in huis hadden. We eten vrij vaak zelfgemaakte pizza, maar dit was de eerste keer dat ik de moeite had genomen om pizza from scratch te maken voor mezelf. Meestal eet ik in mijn eentje liever iets makkelijks en doe ik niet zoveel moeite.

 

 

Changes

Standaard

 

 

Volgende week vieren Tijl en ik dat we een jaar samenwonen. Dat betekent ook dat we onze katjes al bijna een jaar hebben (ze trokken hier vijf dagen na de verhuizing in). Het is al weer een lang geleden dat jullie iets van Plato en Sophia zagen hier, tijd voor wat toen-nu foto’s dus.

IMG_0502

Toen

Nu

Nu

De tweede foto is van Plato in het mandje dat hij voor zijn verjaardag kreeg. Onze kittens zijn katten geworden, zie je hoe groot hij nu is? Hij kijkt wel nog net zo zwoel als toen ;)

 

 

toen

toen

DSCF0082

Nu

De slaapkamer, die vroeger beneden was, is nu boven. De katjes weten het bed altijd wel te vinden voor een middagdutje. Niet alles is veranderd – ze zijn nog steeds even schattig samen.

Toen

Toen

IMG_0926

Nu

Het bureau is juist van boven naar beneden verplaatst. Ook mijn studiestof veranderde. Op de eerste foto helpt Plato me met het vak `the structure of spacetime’, hieronder zijn we `language and the brain’ aan het doen.

DSCF0005

Toen

Nu

Nu

Op deze foto’s is er bij Tijl meer verandering te zien dan bij Sophia, hij knipte zijn lange krullen eraf om het haar te kunnen doneren aan stichting haarwensen. Toch is ook onze lieve Sophia wel iets gegroeid, zij het een stuk minder dan haar broer. Oh, en zie je hoe mooi de binnentuin is nu? Dit is onze eerste lente hier, en we zijn nog lang niet uitgekeken!

Toen

Toen

Nu

Nu

De bovenste van deze twee foto’s is gemaakt in de eerste week dat we ze hadden. Nog van die echte kittenvachtjes en nauwelijks groter dan mijn iPhone. De tweede foto is eind Februari gemaakt. Je ziet nu heel goed dat Plato de kater is, hij is groter dan Sophia.

Gave projecten

Standaard

Januari is qua studie lekker rustig voor mij, ik zit eigenlijk hele dagen thuis. Ik heb 3 tentamens en de rest van de maand hoef ik nergens heen. Ik vind het heerlijk om lekker veel thuis te kunnen zijn, daar krijg ik energie van. Lekker veel lezen en studeren met potten thee, veel bakken in de keuken en heel veel kitten-aai-pauzes. De kerstvakantie is voorbij maar eigenlijk merk ik dat niet aan mijn eigen rooster, het is dat Tijl weer weg is overdag.

Ik had gister en eergister dan ook wat moeite om weer ‘echte’ dagen te hebben. In de kerstvakantie zat lag ik gerust om 4 uur ’s middags nog in mijn kamerjas op de bank te lezen hoe de hersenen werken. Helemaal niet erg, juist lekker soms (en ik was ongeveer een week ziek in de vakantie…), maar nu de uni weer ‘begonnen’ is wil ik toch wat eerder opstaan en wat meer doen. Ik begon namelijk echt een beetje te verslonzen. Gelukkig heb ik door mijn lege rooster veel tijd voor andere leuke dingen. Ik zal de voorpret met jullie delen.

Diplomauitreiking. Vanmiddag krijg ik mijn bachelordiploma natuurkunde! Waar het bij wiskunde vooral bijzonder was dat mijn zusje en ik het diploma samen ontvingen is natuurkunde voor mij de echte uitreiking. Ik heb me nooit wiskundestudent gevoeld, wel natuurkundestudent. Ik krijg het diploma samen met 5 anderen uit mijn jaarlaag. Superleuk, dat we er allemaal veel te lang over gedaan hebben maar hem toch nog samen krijgen. Bij de uitreiking moet iedereen ook een praatje van 3 minuten houden. Geen idee nog wat ik wil gaan zeggen, maar ik ga in ieder geval niet over mijn bachelorstage vertellen. Waarschijnlijk wordt het iets over studiekeuze en je passie vinden. Ik hoop vooral dat ik niet al te zenuwachtig ben. Ik heb er veel zin in, dit wordt de afsluiting van mijn tijd als natuurkundige.

Bikramyoga. Deze sport leerde ik in de herfst kennen en ik ben hooked. Ik merk aan mijn lichaam dat het goed voor me is. Daarom besloot ik wat te investeren en mijn eigen set yogaspullen te kopen, een extra setje sportkleding en een maandkaart voor januari. Nu kan ik dus zo vaak ik maar wil, ongeveer 3-4 keer per week. Ik hoop ook dat ik deze maand voor het eerst naar een les ’s ochtends kan gaan, vrijdag ga ik het (weer) proberen.

Cursus Tissu. Voor wie niet weet wat het is: tissu is luchtacrobatiek in een lang doek. Misschien heb je het wel eens bij een circus gezien. Ik vind eigenlijk alles wat op acrobatiek lijkt leuk, deze sport schijnt veel weg te hebben van paaldansen. Komende maand ga ik een cursus doen, dat wordt gelijk ook een vervuld voornemen in de categorie ‘sport’. Ik zal kijken of ik een keer mijn camera mee kan nemen naar de les, dan wordt de blogpost hierover geïllustreerd. Eerlijk gezegd maak ik me een klein beetje zorgen over mijn pols en mijn rug (redenen waarom ik voorlopig niet paaldans), maar ik denk dat alles wel goed komt als ik het aangeef bij de docente en gewoon goed naar mijn lichaam luister.

De gulle gevers. Ik las op nadelunch een reportage van Aniek over dit initiatief. Je gaat met een groep mensen op een zaterdag in de binnenstad staan en wenst mensen een fijne dag. Ik vond dat echt ontzettend inspirerend om over te lezen en zocht gelijk wat meer op over de geefeconomie. Ik was eigenlijk alweer vergeten dat ik toen ook op het blog reageerde met de vraag wanneer de volgende actie was en of ik kon meedoen, maar vandaag kreeg ik een heel leuk mailtje met de uitnodiging om zaterdag de 19e mee te doen. Toevallig is het ook in Nijmegen, dus dat komt goed uit. Nouja, toevallig… Nijmegen is echt een hippie-stad, daarom voel ik me hier ook zo thuis. Ik ben heel benieuwd, volgens mij wordt dit heel erg leuk en ook heel erg buiten mijn comfort zone.

Klaverjastoernooi. Ergens in mijn eerste jaar op de uni heeft iemand me klaverjassen proberen uit te leggen. Ik snapte er geen zak van en vond het een stom spel, deels omdat heel veel leuke mensen zich in de pauze ‘afsloten’ om te klaverjassen. Uiteindelijk heb ik het vorig jaar nog een keer geprobeerd te leren, ditmaal met meer succes. Nu vind ik het wel een heel leuk spel. Elk jaar wordt er binnen ‘mijn’ studievereniging (zo voelt het nog steeds, al studeer ik geen natuurkunde meer) een toernooi georganiseerd, samen met een goede vriend ga ik dit jaar voor het eerst meedoen. Bijkomend voordeel is dat ik dan minstens een keer per twee weken nog even in de kantine van mijn oude faculteit ben, ook al begint mijn nieuwe studie in Februari.

Stijldanstoernooi. Inmiddels dans ik al anderhalf jaar, tijd om eens mee te doen aan een wedstrijd dus! Tot nu toe danste ik op oude pumps, maar de zolen begonnen kapot te gaan waardoor ik blaren kreeg. Nu heb ik echte dansschoenen gekocht (en voel ik me een soort prinsesje, het zijn echt van die hele mooie dunne hakjes). We gaan meedoen aan het Nederlands Toernooi voor Dansende Studenten. Lekker laagdrempelig, het schijnt vooral ook gewoon een heel gezellig weekend met studenten uit heel nederland te zijn. Hopelijk lukt het om niet te zenuwachtig te zijn, ik wil nog wel eens een beetje gaan trillen als ik weet dat mensen kijken.

Weekendje weg. Het weekend voor ik aan mijn nieuwe studie begin ga ik met Tijl en zijn vrienden een weekendje in een huisje in Duitsland in een mooie streek zitten. Lekker even weg, veel wandelen, even uitwaaien.

 

Bijnamen

Standaard

‘Fiets’, ‘Fietsel’, ‘Sophietsel’, ‘Sophie’, Sophia…. Dit, in de omgekeerde richting, is hoe het misging. Dit is waarom ik mijn lieve kleine katje tegenwoordig met een strak gezicht ‘Fiets’ kan noemen. En dat is niet alles: ‘Plaats’, ‘Plaatsel’, ‘Plato’. Veel minder stappen, en net zo raar. Dan zijn dit nog bijnamen die iets met de naam van de katten te maken hebben. Ik noem ze ook gerust ‘Nuffelnonijntje’, ‘Schattewoek’ of ‘Muffelmuffel’.

Fiets?

Fiets?

Elke kattenbezitter, of misschien in het algemeen zelfs huisdierenbezitter, kent het wel. Je geeft je beestje een leuke naam, maar daar blijft het niet bij. De meeste huisdieren die ik ken hebben ook wel bijnamen. De katten van de buren reageren bijvoorbeeld ook gewoon op ‘druif’. De hond bij de ouders van mijn vriend heet Sparkle (ze is al 11, stuk ouder dan twilight….) maar wordt ook wel eens ‘hondepotenbeest’ of ‘mevrouw van Puffelen’ genoemd. Zelf noemde ik de kat van een vriend van mij altijd ‘kattenflaps’ of ‘Sammeflaps’ als ik op het beestje paste. En het konijn van mijn zusje heette officieel Snuffie, maar na een hele reeks van bijnamen heette hij na een tijdje gewoon ‘Sur’ (spreek uit als het engelse Sir).

Plaats

Plaats?

Eigenlijk, nu ik erover nadenk, geldt dit niet alleen voor huisdieren. Vroeger thuis hadden we een periode dat we elkaar ‘Olifant’ (mijn broertje), ‘Spijk(t)er’ (mijn zusje) en ‘Pizza’ (ik) noemden. Ahum. Dan zijn er natuurlijk nog de wat logischere bijnamen, mijn ouders noemden mij bijvoorbeeld vroeger ook wel ‘Liesje’, ‘Liselotje’ of ‘de E’. Verder heb je in relaties, naast de gebruikelijke ‘Liefje’ en ‘Schatje’ meestal ook wel naampjes voor elkaar. Dit varieert ook weer van ‘Engel’ en ‘Popje’ tot ‘Schattosaurus’ en ‘Woekie’.

Of ben ik nou gewoon te klef voor woorden en kom ik uit een gek gezin, dat ik niet gek opkijk van dit soort bijnamen? Tegenwoordig zijn ze op internet natuurlijk ook gebruikelijk. Ook hier zit weer veel variatie in. Zelf had ik rond mijn 13e vooral dingen van het niveau Elise_xjes_90 enzo, maar veel mensen hebben een iets minder, tsja, puberale bijnaam die ze nog steeds op veel sites gebruiken. Mijn vriend gaat bijvoorbeeld op veel gamesites als ‘Tok’ door het leven. Sommige vind ik ook echt mooi gevonden, bijvoorbeeld Suushi als naam voor de website van Susanne, of Ikbenirisniet als naam voor de website van Iris.

De wetenschapper in mij vraagt zich meteen af of er wel eens onderzoek naar is gedaan. Vast wel. Ik kan me bijvoorbeeld voorstellen dat bijnamen in relaties aangeven dat je dicht bij elkaar staat, omdat ze persoonlijk zijn. Je geeft er dan mee aan dat je een band hebt. En het is nou eenmaal makkelijk om heel klef te doen met je huisdieren/jonge kinderen/partner, vandaar dat die heel snel bijnamen hebben. Ik vraag me af wat het is in de menselijke natuur dat we dingen zo nodig bijnamen willen geven.

Even googelen leert mij dat ik nog hele categorieën over het hoofd zie. Ook dingen als gebouwen, steden en voetbalclubs kunnen bijnamen krijgen. Daarnaast had ik het tot nu toe eigenlijk alleen over positieve bijnamen, het komt denk ik ook vaak voor dat mensen negatieve bijnamen hebben, scheldwoorden die je met een persoon associeert zegmaar. Google leert mij ook dat wetenschappelijk onderzoek vooral naar de negatieve vorm is, en dan met name in schoolsituaties.

Ik ben weer eens afgedwaald, waar ik eigenlijk benieuwd naar ben: hebben jullie ook bijnamen? En zou je ze durven vertellen? Of is dat toch te persoonlijk?

kledingruilfeestje

Standaard

Misschien heb je wel eens van het concept van een kledingruilfeestje gehoord. Je nodigt wat andere meiden uit  (ik heb nog nooit gehoord dat jongens zo’n feestje hielden…) en vraagt ze kleding mee te nemen die ze niet meer dragen. Dan gooi je alle kleding bij elkaar en ga je kleding uitzoeken en passen. Aan het einde van de avond gaat iedereen met nieuwe kleding naar huis.

Ik vond het altijd wel een gaaf idee, hippie als ik ben. Het heeft meerdere voordelen. Je ruimt een keer goed je eigen kleding op (hebben jullie ook altijd een plank met kleding die je vrijwel nooit draagt?). Zo kom je bijvoorbeeld ook van miskopen af en weet je dat ze daarna alsnog gedragen worden, ik vind dat echt een heel fijn idee. Ik doe gelukkig niet veel miskopen, maar als ik ze doe dan hangen ze me vaak nog jarenlang aan te staren vanuit de kledingkast. En iedere keer als ik ze dan zie vind ik het een beetje pijnlijk, want het heeft toch geld gekost en het hangt daar maar, vrijwel ongedragen. Daarnaast is er natuurlijk het duidelijke voordeel van gratis nieuwe kleren. Handig voor als je een beetje krap zit, dus!

Een tijd geleden kwamen Janneke en een vriendin van haar met het voorstel om een kledingruil te doen. Afgelopen donderdag ging ik dus naar een kledingruilfeestje met twee tassen vol oude / te kleine / te grote / niet leuke / in de was gekrompen kleding. Eerlijk gezegd kon ik me van te voren nauwelijks voorstellen dat iemand die echt zou willen hebben, elk van die kledingstukken was voor mij namelijk enigszins moeilijk om te zien omdat ik het wel had maar niet gebruikte.

Een deel van de kledingberg aan het begin van het feestje

Een deel van de kledingberg aan het begin van het feestje

Aan het einde van de avond ging ik terug naar huis met een grote tas vol (voor mij) nieuwe kleding. Van die twee tassen vol die ik had meegenomen hield ik op het einde 4 dingen over om mee terug naar huis te nemen. Wow! Ik ben echt verbaasd over hoe goed zo’n feestje werkt. Ik blij met mijn nieuwe kleren en vooral ook blij dat ik van die oude kleren af ben op een zinnige manier. Die worden nu door iemand anders gedragen, voor sommige kledingstukken betekent dat dus dat ze eindelijk überhaupt gedragen worden. Dat vind ik zo’n mooi idee!

Ik had gedacht dat het best moeilijk zou zijn, want iedereen heeft toch verschillende maten en een ander lichaam. Dat was juist superhandig: een meisje dat een stuk dunner is dan ik paste een trui van mij die in de was gekrompen was; ik paste in een favoriete rok van een ander meisje die door het vele dragen teveel uitgerekt was om haar nog te passen; iemand anders had vollere borsten dan ik en daardoor stond een bepaald jurkje haar wel goed. Zo ging het maar door, voor veel kleding is de reden dat je het niet draagt vooral dat het niet goed / mooi / lekker zit, maar dan kan het anderen juist wel passen en daardoor supergoed staan.

Outfit met een geruild vestje. En door het feestje kwam ik dit rokje weer tegen, ik had het nu voor het eerst in een jaar weer aan.

Outfit met een geruild vestje. En door het feestje kwam ik dit rokje weer tegen, ik had het nu voor het eerst in een jaar weer aan.

Naast kleding kun je ook andere dingen meenemen naar zo’n feestje: oude schoenen, sieraden, boeken, dvd’s. Eigenlijk alles wat je niet (meer) gebruikt maar wat nog wel gewoon goed is. En het grappige is: het is echt geen rommel. Iedereen heeft wel spullen die nog gewoon prima zijn maar om wat voor reden dan ook niet meer gebruikt worden, en daar kun je dan mooi iemand anders blij mee maken. Zelf nam ik bijvoorbeeld een pasta-kookboekje mee dat bij Janneke in de kast stof stond te verzamelen.

Anyway, ik raad je echt aan om ook zo’n feestje te organiseren. Laat iedereen wat drinken/snacks meenemen, dan hoeft ook dat niemand veel te kosten. Wij waren met 6 personen en dat was een prima hoeveelheid, maar ik denk dat meer of minder ook gewoon goed zou gaan. Dan heb je gelijk een goede reden om je kledingkast te declutteren, dat ruimt ontzettend op. Tip: gooi alles op een hoop en ga met zijn allen kleding grabbelen. Na een tijdje heeft iedereen een ‘passtapel’. Gooi de rest van de kleding aan de kant en ga passen. Alles wat je hebt gepast maar niet wil gaat weer naar het midden zodat anderen het kunnen passen. Op het einde vouw je met zijn allen de ongewilde kleding op (zelfs tijdens deze fase komen mensen nog leuke kleding tegen en slinkt de hoop!). Zo komt alle kleding een paar keer aan bod. Nog een tip: neem ook kleding mee voor mensen die er niet bij zijn. Ik nam een rokje en een topje dat niemand hoefde mee voor een alternatieve vriendin. Ze moet ze nog zien en passen, maar vond het al lief dat ik überhaupt aan haar gedacht had.

Ik verheug me alweer op de zomer, dan kan ik een nieuw jurkje aan dat ik woensdag scoorde. En de vier kledingstukken die ik overhield gaan in de kledingbakken voor het goede doel. Je kunt de kleding/spullen die je niet meer hoeft trouwens ook naar Het Goed brengen (kleding) of laten ophalen (meubels). Gooi het in ieder geval niet zomaar weg als het gewoon nog goed is!

Het zware leven van een huiskat

Standaard

Omdat mijn vorige twee stukken enigszins serieus waren leek het me tijd voor iets luchtigers. Tijd voor een vervolg op ‘Hulp in de huishouding‘! Sophia en Plato hebben namelijk nog veel meer taken en geven jullie graag een kijkje in hun leven.

Alle tassen inspecteren, belangrijk voor de veiligheid hier in huis. De backpack heeft Plato in beslag genomen, al is dat geloof ik ook zodat Tijl niet nog een keer zomaar twee weken op studiereis gaat.

De herfst is een drukke tijd voor tuinvrouw Sophia. Er zijn namelijk heel veel blaadjes, en die moeten allemaal achterna gezeten worden.

Ook binnen houdt ze nog steeds alles bij.

Spreekwoorden uitbeelden is Plato’s specialiteit.

Dozen kapotmaken! In dozen zitten! Liefst tegelijk…

De taken die ik in het vorige blogje noemde gelden natuurlijk nog steeds. Zo hebben we een week lang een heuse catwalk (ook wel: relatietest) in huis gehad zodat Sophia kon oefenen voor haar modellencarrière. Het parmantig heen en weer lopen ging erg goed, ze draaide zelfs iedere keer netjes om als ze bij het uiteinde kwam. Helaas voor Sophia gaat het niet zo goed met mijn carrière als modefotograaf, ik kreeg haar niet scherp op de foto. Uiteindelijk hebben we daarom toch maar besloten om de relatietest aan te gaan, en ik ben blij dat ik kan zeggen dat we nog gewoon bij elkaar zijn. Onze oplossing: doe waar je goed in bent. (Lees: Ik heb de kast uitgezocht en Tijl heeft hem in elkaar gezet terwijl ik fruitsmoothies maakte in de keuken.)

Geïnspireerd door Sophia begon ook Plato zijn catwalkskills te trainen. Bonuspunten als je nog weet wat hij vorige keer op de reling deed! (Oke, eigenlijk wil ik gewoon heel graag een complimentje. Goedzo Elise, je hebt de bloemetjes in de balkonbak gezet. Braaf.)

Mensen hebben nog wel eens de neiging te lang te computeren, maar dat zal ons niet snel gebeuren. Sophia houdt ons goed in de gaten, en wanneer ze het onverantwoordelijk lang vindt gaat ze gewoon fijn op de toetsen staan. Dan is het dus handiger om zelf maar op tijd even pauze te nemen, ze heeft ons echt onder de plak! Ahum, nu we het daarover hebben… doei!

Bachelor of science!

Standaard

Eergister had ik de diplomauitreiking van mijn wiskundebachelor. Mijn zusje kreeg hem ook, dus het was dubbel feest. Zij haalde hem, als een van de weinigen, wel netjes in drie jaar. Na de uitreiking namen pappa en mamma het gezin mee uit eten naar mijn lievelingsrestaurant. Wij mochten samen het restaurant kiezen, en tot mijn verbazing (ik wist niet eens dat ze het ook kende…) noemde mijn zusje ook gelijk De Ontmoeting. Toch mooi, dat soort dingen.

Op papier ben je als dubbele-bachelorstudent zowel wis- als natuurkundestudent, maar in de praktijk geldt voor alle dubbele bachelor’s dat ze zich òf natuurkundige òf wiskundige voelen. In mijn geval was dat natuurkunde, dus ik kijk ook ontzettend uit naar de bacheloruitreiking daarvan in januari. Ik ben zeker niet de enige die er vijf jaar over deed, van de groep natuurkundestudenten uit mijn eerste jaar waarmee ik nog elk jaar sinterkerst en het einde van het collegejaar vier haalden 6 van de 10 hem ook dit jaar pas. Dat wordt dus een gezellige uitreiking.

Mooi verhaal, trouwens: een van ons zes had wat tegenslag en zou zijn bachelor niet op 31 augustus kunnen halen. Daardoor zou hij ook niet bij de oorspronkelijke uitreiking eind oktober zijn. Omdat het nogal lullig gegaan was en we het zonde vonden om hem niet samen te krijgen hebben we besloten om onze diplomauitreiking uit solidariteit allemaal te verzetten. Dat kwam voor mij persoonlijk ook erg goed uit, Tijl zou op studiereis zijn tijdens de oorspronkelijke datum.  Uiteindelijk kwam het zelfs zo uit dat ik vijf dagen vrij was eind oktober (waar de uitreiking middenin zou zijn gevallen) en naar Polen kon, dus alles viel mooi op zijn plaats.

Grappig hoe diplomauitreikingen je altijd aan het denken zetten. Ik weet niet of dat voor jullie ook geldt, maar ik krijg altijd de neiging tot zelfreflectie tijdens zo’n uitreiking. Niet tijdens mijn eigen, trouwens. Omdat dit mijn eigen uitreiking was kende ik veel mensen en was ik ook geïnteresseerd in alle praatjes. Ik geloof dat ongeveer de helft van de mensen die hun diploma uitgereikt kregen niet verder zijn gegaan met wiskunde. Ik heb niet geteld, maar het waren er in ieder geval opvallend veel. Forensische wetenschappen, financiën, natuurkunde, leraar, een tussenjaar om te reizen: er kwam van alles voorbij.

Ik herinner me de middelbare-school-diplomauitreikingen van mijn broertje en zusje nog. Ik kende eigenlijk vrijwel niemand daar en dan is zo’n uitreiking nogal lang en saai. De atmosfeer was wel zo plechtig en mooi dat ik over mijn eigen studie nadacht. Pijnlijk confronterend, eerlijk gezegd. De weg naar dit diploma wiskunde ging niet altijd gemakkelijk, ik ben onderweg twee keer gestopt (en weer begonnen). Eindeloos leek het soms, de bachelorfase. Nog zoveel vakken waar ik geen zin in had, vakken die ik wel ooit moest halen. Tuurlijk waren er ook genoeg leuke vakken, mooie vakken, inspirerende docenten, ik heb nergens spijt van.

‘Jullie hebben het gehaald, jullie zijn er’, zei de voorzitter van de examencommissie gister, en zo voelde het ook. Het is gelukt, toch nog, ik heb toch doorgezet. Inmiddels geeft de reflectie, die dit keer pas de dag na de uitreiking kwam, een heel ander gevoel. Blij, gelukkig, tevreden met mijn keuze. Ik wist al een tijd dat mijn hart niet bij de natuurkunde lag, en nog langer dat het niet bij de wiskunde lag, maar sinds kort weet ik ook waar het dan wel ligt. Ik ben echt zo enthousiast over Cognitive Neuroscience (CNS), eigenlijk, stiekem, heb ik dit altijd al willen doen, maar ik dacht gewoon niet dat het haalbaar was, ik dacht niet dat het kon na de stappen die ik al genomen had, ik had niet gedacht dat ik ooit zo iets interessant zou gaan studeren. Dat maakt het des te mooier dat ik het nu gevonden heb.

Zijn jullie mijn geklef over CNS al zat? Ik weet niet wat het is, maar volgens mij kun je mijn gevoel op dit moment nog het beste beschrijven als ‘verliefd’. Ja, echt, verliefd op mijn studie. In de wolken. Ik heb deze week van ongeveer honderd bijzinnen de grammaticale functie benoemd, en het gekke is dat ik het nog leuk vind ook. Dat gevoel had ik bij mijn vorige studie hoogst zelden. Sommige dingen vond ik wel echt leuk, logica bijvoorbeeld, maar dat komt ook terug in taalwetenschap bij het vak semantiek.

Ook mijn perfectionisme en wat ik daar zelf van vind ik enigszins aan het veranderen. Deze zomer had ik er nogal moeite mee, ik zag het als de oorzaak van veel stress en wilde er graag vanaf. Inmiddels heb ik er toch wat aan gehad: ik voldeed niet aan de toelatingseisen voor CNS – Language and Communication, maar ben toch toegelaten. Ik denk dat dat voor een groot deel te danken is aan de mooie cijferlijst die bij mijn application zat. Was al die moeite nog ergens goed voor :) op de een of andere manier kan ik nu ook beter met mezelf door een deur, het helpt een hoop dat ik dat deel van mezelf nu niet meer alleen als negatief ervaar.

Nu staat er op tafel een mooi bloemstukje, op de kast een roos. Op de piano staat een kaart die ik van mijn ouders kreeg. ‘Papa en mama zijn trots, we wensen je veel succes met je nieuwe opleiding.’ Dat vond ik zo fijn om te horen, ik voelde me namelijk altijd enigszins schuldig over mijn studievertraging en vond het ook niet heel makkelijk om ze te vertellen dat ik gestopt was met de master natuurkunde. In de kaart zat nog een kado, dat brengt de sapcentrifuge die al een tijd op mijn wishlist staat opeens wel heel dichtbij. Yes!

Tips voor het opstellen van een cv

Standaard

Voor de aanmeldingsprocedure van mijn master moest ik voor het eerst ooit een cv maken. Nouja, een paar jaar geleden bij een of andere portfoliocursus moest het ook, maar die was om te oefenen en had niets met een sollicitatie te maken. Ik vond het erg leerzaam om nu ‘in het echt’ een cv te maken en wil graag wat tips met jullie delen.

  1. Zorg dat er geen spellingsfouten opstaan. Dat komt zeer onprofessioneel over, alsof je geen aandacht aan je cv besteed hebt. Laat het altijd door iemand overlezen, anderen zien fouten makkelijker dan jijzelf.
  2. Heel basic maar wel heel belangrijk: zorg dat het er overzichtelijk uitziet! Als je er niet goed uitkomt helpt het om online voorbeelden te bekijken. Laat je cv ook aan anderen zien en vraag wat ze van de opmaak vinden en of ze tips hebben.
  3. Zie je cv als een soort powerpoint. Aan de hand van dit cv kun je tijdens een sollicitatiegesprek meer over jezelf vertellen. Een net cv is niet overvol met geschreven zinnen en bevat vooral de hoofdpunten met af en toe een korte toelichting. Verder kun je in je motivatiebrief ook dieper ingaan op bepaalde (werk)ervaring die je hebt en waarom dit relevant is.
  4. Pas je cv aan aan hetgene waarvoor je solliciteert. Ik heb nu bijvoorbeeld bij hobby’s wat meer nadruk gelegd op talige dingen, zoals mijn interesse in schrijven en lezen in meerdere talen. Je hebt dus een basis-cv en per sollicitatie pas je dat aan zodat het de mensen aanspreekt die het zullen lezen. Dat ik kan biertappen, ook een skill, interesseert echt niemand van de examencommissie Cognitive Neuroscience, maar als ik bij een café zou solliciteren is het wel relevant (doe even alsof je dan ook een cv zou moeten opsturen).
  5. Zorg dat je cv en je motivatiebrief met elkaar kloppen! Logisch natuurlijk, maar het kan geen kwaad ze even naast elkaar te leggen. Ik had op een gegeven moment in mijn brief staan dat ik het leuk vind om Franse boeken te lezen maar in mijn cv bij Frans ‘elementary proficiency’ staan. Dat klopt niet met elkaar en staat daardoor slordig.
  6. Er zijn veel cursussen en workshops over sollicitaties en het opstellen van een cv. Vaak kun je daar ook je cv gratis professioneel laten controleren. Als (afgestudeerde) student kun je vaak vanuit je (oude) universiteit hulp krijgen hierbij. Maak daar gebruik van!
  7. Als je het moeilijk vindt om in het Engels een cv op te stellen kun je hem ook eerst gewoon in het Nederlands maken en daarna vertalen. Ik vond zowel het opstellen van een cv als het Engels moeilijk, dus heb het gewoon in twee stappen gedaan: eerst een cv maken en dit daarna vertalen (en laten controleren!)

Als voorbeeld kun je hier mijn cv (voor deze master) bekijken. Als je aan het solliciteren bent is dit stukje met tips voor het schrijven van een motivatiebrief misschien ook nuttig voor je. Bij deze wil ik graag Inouchka, Maaike, Janneke en vooral ook Renee bedanken voor de hulp met het opstellen en vertalen van mijn cv. Tip 3 en 4 komen van Renee, daar heb ik zelf echt heel veel aan gehad.

Deze week hoor ik trouwens of ik toegelaten ben tot de master. Tijdens het gesprek vorige week was ik eigenlijk ziek, maar met een paracetamol op ben ik toch maar de deur uit gegaan. Ik kwam daardoor niet heel goed uit mijn woorden, maar hoop dat ik toch toegelaten ben. Duimen jullie mee?

Warschau – allerheiligen (een beetje Poolse cultuur en geschiedenis)

Standaard

Ik was toevallig op 1 november (allerheiligen) in Polen. Toen ik de reis plande wist ik niet dat dit daar nog leefde, maar het is in Polen een nationale feestdag. Niet gek eigenlijk, Polen is een van de meest katholieke landen in Europa. Via CouchSurfing kwam ik daar trouwens al snel achter: veel mensen die me hadden willen hosten zouden rond die tijd naar hun geboortedorp teruggaan en niet in de stad zijn. Andere mensen raadden me aan om de week daarop te komen (kon niet, iets met tentamens en colleges en precies vijf dagen vrij).

Achteraf gezien was het helemaal niet erg dat ik met allerheiligen in Polen was – interessant juist! Ik ben met mijn host meegeweest naar Powązki, de beroemdste begraafplaats van Warschau. Ja, echt, ik ben dus op vakantie naar een kerkhof geweest. Ik wil graag Pools leren en vind de cultuur interessant, en in Polen is het gebruikelijk om op allerheiligen (of op de dagen daaromheen) je voorouders en andere mensen die belangrijk voor je zijn te herdenken, meestal door hun graf te bezoeken en er kaarsjes op te zetten.

Ik vond het heel bijzonder. Mijn host zei al dat dat kerkhof waarschijnlijk die dag de drukste plaats in heel Warschau zou zijn, maar eigenlijk kon ik me dat niet voorstellen. Tot we daar aankwamen. Er stonden drommen mensen, het was nog best moeilijk om naar binnen te komen door de paar poorten die het kerkhof had. Niet alleen dat, maar buiten het kerkhof stonden allemaal kraampjes met bloemen en kaarsen, en een paar met snacks. Dit was duidelijk the place to be! Het was er drukker dan hier op koopzondag, je kon over de hoofden lopen.

Nog iets waar ik me over verbaasde: er rijden die dagen speciale bus- en tramlijnen die langs alle begraafplaatsen komen. Wij hadden bijvoorbeeld de C70 (C staat voor Cmentarz = kerkhof). Voor studenten uit Nijmegen: die bus zat net zo vol als lijn 10 om 08:30, maar dan voornamelijk met oude mensen. Er waren speciale extra haltes en mensen van het vervoersbedrijf die alles in goede banen moesten leiden. Dat was ook wel nodig, met zoveel mensen die van het OV gebruik maken. Bij grote evenementen ben ik in Nijmegen niets anders gewend, maar dan gaat het bijvoorbeeld om een concert van de Red Hot Chilli Peppers in het Goffertpark.

Eenmaal op het kerkhof zelf viel het wel mee met de drukte (we waren ook redelijk vroeg gegaan). De verbindende paden op het kerkhof waren wel onbegaanbaar druk, maar alle rijtjes met graven gingen wel. Ik geloof dat er maar een groot pad was dat alle delen van het kerkhof met elkaar verbond en dat dat daarom zo druk was. Op veel graven stonden kleurige kaarsjes en lagen bloemen, heel apart zo op de grijze stenen, ik vond het erg mooi. Het moet ’s avonds (het werd rond half 5 al donker) ook ontzettend mooi geweest zijn, maar dat heb ik niet gezien.

Zelf had ik natuurlijk geen familie op die begraafplaats liggen. Ik heb wel een kaarsje gezet bij het Skłodowska familiegraf, daar is ook een gedenkplaatje voor Maria Skłodowska-Curie (beter bekend als Marie Curie). Zijzelf ligt samen met haar man begraven in het Pantheon in Parijs, maar deze plaats is toch verbonden met haar. Het is al een oud graf, dus ze heeft daar vast zelf ook wel eens gestaan, misschien zelfs op 1 november.

De dagen daarna kwam ik in Warschau nog vaak kaarsjes tegen, bijvoorbeeld bij monumenten, gedenkplaatjes en standbeelden. Warschau heeft een heftige geschiedenis, tijdens de oorlog is de stad in opstand gekomen tegen de Duitse bezetters. Een deel van de stad is toen bevrijd geweest, maar na 60 dagen is de strijd opgegeven omdat er nooit hulp is gekomen. Door de stad heen vind je veel gedenkplaten aan de powstanie Warszawskie (Warsaw uprising). Na de opstand is de stad met de grond gelijk gemaakt, met name het historische centrum is gebouw-voor-gebouw vernietigd. Het grootste gedeelte van de ‘oude stad’ is na de oorlog nagebouwd, vrijwel niets is dus meer in haar originele staat. Door de hele stad heen vind je gedenkplaten in de muren van gebouwen die aan deze opstand en de gevallen soldaten herinneren, nu extra opvallend door de kaarsjes en de bloemen die overal bij lagen.

Warsaw Uprising gedenkplaat die ik ’s avonds tegenkwam

Mocht je trouwens geïnteresseerd zijn in geschiedenis: dit alles en nog veel meer ben ik te weten gekomen in het Warsaw Rising Museum. Een ontzettend goed museum, modern en met Poolse en Engelse tekst. Het is wel een heftig museum, je komt er met een brok in je keel uit. Ook nu, terug in Nederland, heb ik weer een brok in mijn keel na het typen van de vorige alinea. Dat dit allemaal echt gebeurd is, de Tweede Wereldoorlog, ik kan het me haast niet voorstellen. Eerlijk gezegd steek ik altijd een beetje mijn kop in het zand als het in het nieuws over oorlogen gaat – sowieso kijk ik bijna nooit nieuws en lees ik de krant niet omdat ik niet graag aan deze vervelende dingen herinnerd word. In het Warsaw Uprising Museum word je meegetrokken naar die tijd, de geschiedenis is er levend gemaakt.

ghetto

Toen ik op vrijdag in mijn eentje door de stad liep kwam ik een tentoonstelling tegen over Warschau in 1947. The colours of Ruins, heet deze openlucht tentoonstelling. Midden in de stad staan uitvergrootte kleurenfoto’s van de stad in 1947, toen net begonnen was aan de wederopbouw. Met name van de ghetto was niets meer over, die was al in 1943 vernield na de Warsaw Ghetto Uprising. Absurd om te bedenken dat in 1945, toen de Sovjets Warschau ‘bevrijdden’, er helemaal geen Warschau meer was. Het enige wat er was waren de ruïnes van de stad, waarin zich nog zo’n 1000 mensen schuilhielden. Een van die mensen was trouwens pianist Władysław Szpilman, de film ‘The Pianist’ is op zijn leven gebaseerd. De stad is na de oorlog opnieuw gebouwd, want na de oorlog was er dus niet echt meer een Warschau.

Goed, tot zover deze snelcursus Poolse geschiedenis en cultuur. Ik was helemaal niet van plan om over de Warsaw Uprising te schrijven, maar ik merkte dat het me raakt, dat ik nu nog nadenk over alles wat ik in Warschau over de geschiedenis geleerd heb.

Dit is het derde artikel naar aanleiding van mijn reis naar Warschau. Lees hier over restaurants en cafés die ik gaaf vond, hier hoe in mijn eentje reizen me beviel en bekijk hier hoe mooi de stad is.